Mariska voelt een onverzadigbare drang om haar ervaringen om te zetten in beelden. Vellen vol kleine vakjes vult zij met minuscule tekeningen. Wanneer je ze nader schouwt zie je verrassende vormen. Mariska noemt dat ‘mijn dagboek in beeld’
In het schetsboek staan verhalen en gebeurtenissen getekend naar aanleiding van taalproject dat op de Kaai gegeven wordt. Eerst is er de tekening, de tekst eronder zijn Mariska’s woorden, opgeschreven door de begeleider, en daarna door Mariska onder haar ‘verhaal’ gezet.
Talloze kleine symbolen en persoonlijke tekens vormen de essentie van haar werk. Dromen en reële ervaringen worden niet gescheiden maar door elkaar heen geweven. De oplossing om de constructie die zij tekent plat te houden zijn boeiend om te zien.
Beïnvloeding door de begeleiders krijgen bij haar geen enkele kans. Zij creëert haar eigen werkelijkheid.
De invloeden uit de buitenwereld zijn echter wel sterk vertegenwoordigd in haar werk. De begeleiders zijn vaak onderwerp. Bij het schilderij op deze expositie waarin alle mensen van De Kaai zijn afgebeeld zijn drie personen scheef gezet. Die personen zijn volgens haar afwijkend.
Mariska heeft een ongelooflijke drang om datgene wat zij ervaart om te zetten in beelden. Ieder velletje papier wordt gebruikt om daar aan tegemoet te komen.
Na het weekend neemt zij een plastic zak mee met kleine geknipte papiertjes, waarop priegelige symbooltjes zijn getekend. Bij elk stukje papier heeft zij dan ook haar verhaal klaar. Zij noemt het mijn dagboek.
De behoefte om te tekenen is zo groot dat zij vaak zegt “soms kan ik gewoon niet stoppen.”
TENTOONSTELLINGEN
•Droomvlucht, solotentoonstelling, Galerie Atelier De Kaai, Goes, 1997
•Droomdagboek, solotentoonstelling, Galerie Atelier De Kaai, Goes, 2008
•‘360’, groepstentoonstelling, Wit.h Sociaal Artistieke Werkplek, Kortrijk, B, 2011
•Nacht, Flashmob i.v.m. Nationale Gedichten dag, Kadoshop tearoom Nummer 9, Goes, 2011
•Expositie CCC, Renesse, 2015
•Ik heb harteklop, project With, Kortrijk, B. 2016
0 comments on “Mariska Schilperoord (1966)”